Van links naar rechts: Wolfgang Amadeus Mozart, Jan Brandts Buys, Marie-Joseph Canteloube en Erik Satie

Air du Poète

Mozart componeerde in maart 1784 het Kwintet KV 452 voor piano en blazers. In werk ging in april van hetzelfde jaar in première in het Keizerlijk en Koninklijk Hof Theater in Wenen. Kort na de première schreef Mozart aan zijn vader dat ‘ik het zelf beschouw als het beste wat ik in mijn leven heb geschreven.’
KV 452 heeft voor veel componisten na hem als voorbeeld gediend voor hun werken in dit genre.

Jan Brandts Buys werd geboren in Zutphen en vertrok al op jonge leeftijd naar Frankfurt en later naar Wenen voor zijn muzikale opleiding. Hij werd daar de meest succesvolle Nederlandse componist in het buitenland. In zijn Drei Leider toont hij zijn muzikale meesterschap.

La Diva de l’Empire is, net als Je te veux en de Ludions, een echt cabaretlied. Erik Satie voelde zich in cabaret de Folies Bergère als een vis in het water en de neerslag daarvan is terug te vinden in La Diva: onder een grote hoed met struisvogelveren gaat de Diva van de Folies Bergère schuil, zij windt elke man om haar vingers. Ook Je te veux vindt zijn oorsprong in zijn liefde voor het uitgaansleven. Je te veux is een pracht van een kroeglied, gegoten in de vorm van een verleidelijke wals van een bij uitstek zinnenprikkelend karakter. Ludions is een liedcyclus, gecomponeerd in 1923 en gebaseerd op vijf absurdistische gedichten van Léon-Paul Fargue. Het werd zijn laatste vocale werk.

De Fransman Marie-Joseph Canteloube had reeds als kleuter pianoles. Canteloube was 22 jaar toen hij professioneel muziekonderwijs ging volgen bij de componist Vincent d’Indy.
Een belangrijke muziekprijs ontving hij voor de opera Le Mas waarvan hij zelf het libretto schreef in het dialect van de Auvergne. Auvergne, een regio in het zuidelijk centrum van Frankrijk is bekend om zijn muzikale cultuur, met name het volkslied en volksdans. Canteloube had zijn hart verpand aan deze streek. Hij componeerde en arrangeerde tientallen volksliedjes van de plattelandsbevolking.
Zijn bekendste werk is Chants d’Auvergne voor zangstem en orkest. Dit stuk is zijn levenswerk geworden en tevens zijn meest populaire compositie. Het behandelt het volkslied, het mooie landschap en de boerenbevolking zelf.
Ekaterina en het Hexagon Ensemble voeren zeven van deze liederen in een bewerking van David Walter, een Frans musicus die zelf afkomstig is uit de Auvergne.

Ch’io mi scordi di te? … Non temer, amato bene is een concertaria van Wolfgang Amadeus Mozart voor sopraan, piano obbligato en orkest, gecomponeerd in december 1786 in Wenen. Het wordt vaak beschouwd als een van zijn grootste composities in dit genre. Mozart schreef de Concert Aria voor de sopraan Nancy Storace tijdens haar bezoek aan Wenen.
Niemand minder dan Alfred Einstein merkte over dit werk op op: ‘Mozart heeft er zijn hele ziel in gelegd… Ik heb de indruk dat hij de herinnering aan Nancy’s stem wilde bewaren. De Concert Aria is vol warmte en tederheid. In de pianopartij wilde hij haar een herinnering nalaten aan de diepte van zijn gevoel voor haar.’

Programma

Wolfgang Amadeus Mozart (1756-1791)
Kwintet KV 452 in Es groot (1784)
-largo-allegro moderato
-larghetto
-Rondo. allegretto
hobo-klarinet-fagot-hoorn-piano

Jan Brandts Buys (1868-1933)
Drei Lieder opus 20 (1911)
-Nachtruf
-Abendständchen
-Brautfahrt
sopraan-fluit-piano

Erik Satie (1866-1925)
Ludions (1923) (arr. Arie Boers)
-Air de Rat
-Spleen
-La Grénouille américaine
-Air du poète
-Chanson de Chat
sopraan-fluit-hobo-klarinet-fagot-hoorn-piano

Je te veux (1897) (arr. David Walter)
La Diva de L’Empire (1904) (arr. Arie Boers)
sopraan-fluit-hobo-klarinet-fagot-hoorn-piano

Pauze

Marie-Joseph Canteloube (1879-1957)
Uit: Chants d’Auvergne (1923-1930/1955) (arr. David Walter)
-Au près de ma blonde
-La délaissée
-Obal din lou Limousin
-Baïlero
-Au pré de la rose
-Pastourelle
-La fileuse
sopraan-fluit-hobo-klarinet-fagot-hoorn-piano

Wolfgang Amadeus Mozart (1756-1791)
Concert Aria KV 505 ‘Ch’io mi scordi te ?… Non temer, amato bene’ (1786) (arr. Arie Boers)
sopraan-fluit-hobo-klarinet-fagot-hoorn-piano

Ekaterina Levental

Ekaterina Levental werd geboren in Tasjkent, de hoofdstad van Oezbekistan, een republiek in de voormalige Sovjet-Unie.
Zij studeerde zang aan het Koninklijk Conservatorium Den Haag en harp aan de Conservatoria van Enschede, Detmold (Duitsland) en Rotterdam. Voor beide behaalde zij het cum laude haar masterdiploma.
Ekaterina maakt op dit moment carrière als operazangeres en theaterperformer. Zij werkt mee aan de producties van verschillende operahuizen en muziektheatergezelschappen en maakt eigen theaterproducties waarin zij haar talenten en mogelijkheden combineert.
Samen met Hexagon-pianist Frank Peters is zij één van de initiators van het Medtner Project, een meerjarig project waarin alle liederen van de Russische componist Nikolai Medtner (1880-1951) worden opgenomen.
De eerste CD ‘Incantation’ won in september 2021 de belangrijkste Russische muziekprijs ‘The Pure Sound Award’.
Samen met Chris Koolmees ontwikkelt Ekaterina onder de naam LEKS Compagnie diverse muziektheaterprojecten waaronder het autobiografische drieluik De Weg – De Grens – Schoppenvrouw, Pierrot Lunaire 2.0, La Voix Humaine FaceTime en Het Orakel (gebaseerd op gedichten van Eva Gerlach en Sasja Janssen en Via Crucis van F. Liszt).

Foto: Eric Brinkhorst

Ekaterina over haar connectie met Mozart en Canteloube.
In dit programma komen twee jeugddromen van Ekaterina Levental uit, het uitvoeren van twee iconische werken: een van Mozarts bekendste concertaria’s ‘Ch’io mi scordi di te’ en ‘Chants d’Auvergne’ van Canteloube.
In zijn concertaria vraagt Mozart om extreme gevoelens te tonen binnen een kort tijdsbestek: vertwijfeling, pijn, verdriet, intimiteit, eenzaamheid en vastberadenheid. Van de zangeres vraagt hij virtuositeit, veel inlevingsvermogen en een grote technische beheersing. Voor Ekaterina staat deze aria symbool voor veranderlijkheid, flexibiliteit, souplesse en vastberadenheid, middelen waarmee je je dromen kunt najagen.
‘Chants d’Auvergne’ is een zeer kleurrijke en beeldende compositie, die op wonderbaarlijke wijze verbinding weet te leggen tussen publiek en uitvoerder. Omdat het werk gebaseerd is op volksmelodieën zorgt het voor veel herkenning bij het publiek. Canteloube creëert zo een wereld vol fantasie en speelsheid, een genot voor uitvoerders én luisteraars. Het plezier die deze compositie weet op te roepen is altijd een grote inspiratiebron geweest voor Ekaterina, voor wie het communiceren met haar publiek centraal staat.

Share This